Geleerde lessen bij RIBW Overijssel: ‘Software ontwikkelen is niet onze corebusiness’

Geleerde lessen bij RIBW Overijssel: ‘Software ontwikkelen is niet onze corebusiness’

Geplaatst op: 25 mei 2023

NIEUWS || In 2019 laat RIBW Overijssel met behulp van de SET-subsidie ‘MijnRIBW’ bouwen. Een app waarmee cliënten hun eigen zorgaanbod kunnen inrichten. Begin dit jaar gooit de betrokken software ontwikkelaar, in goed overleg, de handdoek in de ring. Dat brengt de zorgorganisatie wat platform betreft terug bij af, maar RIBW is wel een aantal geleerde lessen rijker.

Zorgorganisatie RIBW Overijssel biedt ondersteuning aan mensen met een psychische kwetsbaarheid bij wonen, werk of gezondheid. In 2019 vroeg RIBW Overijssel een SET-subsidie aan voor de ontwikkeling van een platform om cliënten zelf te laten bepalen wat voor ondersteuning ze waar, wanneer en door wie (naasten, begeleiders, ervaringsdeskundigen, medecliënten) nodig hebben.
‘Op deze manier geef je cliënten de regie over hun zorg en help je bij het opbouwen van een eigen netwerk, in plaats van dat je als begeleider alles voor een cliënt doet’, vertelt Thomas Rijke. Hij is sinds 2022 werkzaam binnen RIBW Overijssel als programmacoördinator.

 

Samenwerking gestopt
Voor de ontwikkeling van het platform werkt RIBW samen met Roamler, een Nederlandse ontwikkelaar van platformtechnologie. Eind 2022 besluiten Thomas en zijn collega’s terug naar de tekentafel te gaan om de doorontwikkeling van MijnRIBW vorm te geven. Er wordt een kleine subsidie aanvraag ingediend om deze doorontwikkeling financieel mogelijk te maken, maar dan geeft Roamler aan de samenwerking in de huidige vorm stop te willen zetten. ‘De belangrijkste reden is dat RIBW een te kleine organisatie is om uit de onkosten te komen. Wij betaalden naast ontwikkelkosten ook licentiekosten per gebruiker. De inkomsten uit de licenties bleven voor Roamler beperkt, omdat het aantal gebruikers bij ons beperkt bleef. Dat had onder andere te maken met het feit dat het platform nog niet gekoppeld kon worden met andere systemen die wij gebruiken, waardoor de bereidheid of mogelijkheid om er daadwerkelijk mee aan de slag te gaan ook achterbleef. Een ‘kip-en-ei probleem’ én voor ons een eerste geleerde les: een platform ontwikkelen en tegelijkertijd implementeren is geen goed idee. Je wilt een werkend systeem in een kleine setting uitproberen en daarna opschalen. Nu waren we te veel tijd kwijt om tot een goed systeem te komen, waardoor de samenwerking moest worden stopgezet.’

Het creëren van de juiste randvoorwaarden voor een platform als MijnRIBW bleek volgens Rijke ook een uitdaging. ‘Als je wilt dat cliënten zelf de regie hebben bij het maken van afspraken, dan moet het hele systeem op de schop. Alle begeleiders die om cliënten staan, moeten letterlijk hun rooster leeg gooien. Deze teams zijn al jaren gewend om op een bepaalde manier te werken, dus dat is een grote verandering die niet zomaar gemaakt is. Zodra er ook maar één bug was of iets even niet optimaal werkte, werd de handdoek snel in de ring gegooid. ‘Zie je wel, dit werkt niet’, hoorde je dan.’


Agenda open houden
Er speelden volgens Rijke ook andere factoren een rol, waaronder financiën. ‘We zijn als organisatie gewend om productie te schrijven, zo werkt onze financiering nu eenmaal. We maken aantoonbaar onze factureerbare uren. Als je je agenda open moet houden en moet wachten tot deze door de cliënt wordt gevuld, is dat natuurlijk een hele andere modus. Dat vraagt niet alleen iets van de medewerkers, maar ook van onze financiers. ‘Namelijk: vertrouwen.’

Dat vertrouwen blijkt ook terug te komen wanneer het gaat om de angst dat zorg juist toeneemt als men zelf zorg mag aanvragen. Rijke: ‘RIBW Overijssel heeft ‘vertrouwen’ als een van onze kernwaarden en dat geldt hiervoor ook. We moeten kunnen vertrouwen op het kunnen van een ander. Maar dit zorgde ook voor weerstand. We hebben de teams echt aan de hand genomen, onder andere door te werken met digicoaches, het organiseren van bijeenkomsten en het aanbieden van 1-op-1 ondersteuning, maar we hadden denk ik nog duidelijker moeten communiceren over onze verwachtingen.’

 

Oriënteren op bestaande systemen
Welke geleerde les neemt Rijke nog meer mee? ‘We waren erop gericht om het aanbod van RIBW in het systeem te krijgen, maar misten daarbij de kans om ook het aanbod uit de wijk op te nemen. Terwijl dat juist zo goed aansluit bij ons project Stap in de Wijk. Met Stap in de Wijk worden verschillende ondersteuningsvormen aangeboden, zoals 1-op-1 gesprekken, groepsactiviteiten of inloopmomenten, die zijn gericht op integratie in de samenleving. Idealiter krijgen cliënten – bij een volgend platform – toegang tot ál die verschillende ondersteuningsvormen.’

Volgens Rijke kijkt de organisatie wel rond naar mogelijke andere platformen. ‘Dit keer gaan we ons oriënteren op bestaande systemen in plaats van iets helemaal opnieuw opbouwen. Dat moet je als zorgorganisatie volgens mij helemaal niet willen doen, zelfs software ontwikkelen. Dat is niet je core business, het kost veel geld en het brengt een groot risico met zich mee.’

 

Zorg dat je de regie houdt
Wat de projectleider tenslotte wil meegeven is deze les: ‘Bedenk van tevoren heel goed welk probleem of welke kans je wilt aanpakken. Is dat cliëntgericht, doe je het voor de gebruiker, of voor de organisatie? Maak daar een duidelijk plan voor: wat wil jij bereiken met het platform, de app of tool die jullie (laten) ontwikkelen? Vergeet niet dat jij als zorgorganisatie andere belangen hebt dan een softwareontwikkelaar, dus zorg dat jullie de regie houden. Wij zijn de regie af te te behoorlijk kwijt geraakt en dat wil je voorkomen.’

Is MijnRIBW weggegooid geld? ‘Zeker niet’, zegt Rijke. ‘Het systeem ligt op de plank en kan opnieuw worden ingezet, alleen is nu de tijd en de omgeving er niet naar om dit samen met Roamler binnen RIWB op te zetten. Wij gaan dat systeem ook niet zelf beheren, dat is niet onze cup of tea, maar er zijn genoeg mogelijkheden en de techniek is niet verloren.’